Faillissement en WCO

  • Availability In stock
  • Free shipping

Description

Zowel het faillissement als de gerechtelijke reorganisatie kenden de laatste jaren heel wat nieuwigheden of wijzigingen. Op de studiedag werd een praktijkgerichte status questionis gewijd aan het faillissement en de gerechtelijke reorganisatie, aangezien de financile en economische crisis die ook in ons land rondwaarde, niet zonder gevolgen bleef. Het aantal faillissementen steeg en deze stijgende trend baarde heel wat zorgen. Het faillissement is vaak de ultieme onomkeerbare stap voor een bedrijf in moeilijkheden. Het hoeft echter niet altijd zo ver te komen. Ook de mogelijkheid die geboden wordt door de Wet Continuteit Ondernemingen WCO kan een uitweg bieden. Zekere evoluties in de rechtspraak inzake de Wet Continuteit Ondernemingen WCO Koen Byttebier, Matthias Gesquire, Maxim Van de moortel en Tom WeraDeze tekst biedt een overzicht van de evoluties in de rechtspraak met betrekking tot de Wet van 31 januari 2009 betreffende de continuteit van ondernemingen. De auteurs staan voornamelijk stil bij de belangrijkste knelpunten van deze wet, waaronder de ontvankelijkheidsvereisten van het verzoekschrift strekkende tot de aanvraag van een gerechtelijke reorganisatie, de goedkeuring van een minnelijk akkoord, de goedkeuring en homologatie van een collectief akkoord, alsmede de overdracht onder gerechtelijk gezag. Zij gaan bovendien kort in op de Wet van 27 mei 2013 tot wijziging van verschillende wetgevingen inzake de continuteit van ondernemingen.De verschoonbaarheid van de gefailleerde en de gevolgen hiervan voor hemzelf en voor derden Brigitte Vander Meulen.De historiek en de evolutie van de wettelijke bepalingen i.v.m. de verschoonbaarheid van de gefailleerde de wet van 18 april 1851 - de wet van 2 februari 2005, de actuele wetgeving de wet van 20 juli 2005 en de wet van 18 juli 2008 en rechtspraak worden besproken. De auteur maakt daarbij telkens een duidelijk onderscheid tussen de gevolgen van de verschoonbaarheid voor de gefailleerde zelf, voor de echtgenootex-echtgenootwettelijk samenwonende partner en voor de persoonlijke zekerheidssteller.Mr. Vander Meulen bespreekt verder ook de positie van de verzoeker, van de echtgenootex-echtgenootwettelijk samenwonende partner en van de kosteloze persoonlijke zekerheidssteller in de procedure gerechtelijke reorganisatie, alsook in de procedure collectieve schuldenregeling.De wettelijke bepaling rond de kosteloze borgtocht wordt kort toegelicht en er wordt nog een blik geworpen op de wetgeving in wording. De curator en de deontologie Fernand MoeykensMr. Moeykens behandelt in zijn bijdrage de juridische en ethische situatie van de curator. Hij biedt een klare kijk op de gebruiken en de ethische regels die een advocaat moet toepassen of eerbiedigen bij de uitoefening van het gerechtelijk mandaat van curator, om enerzijds zijn taak te vervullen in het kader van de bestaande wetgeving en om anderzijds de regels die gelden tussen advocaten te eerbiedigen.Het mandaat van curator een mandaat sui generis wordt sinds de Faillissementswet van 8 augustus 1997 immers exclusief toegewezen aan advocaten omwille van de waardigheid en correctheid die van een advocaat worden verwacht. Welke deontologische regels gelden voor de advocaat-curator Zijn de deontologische regels van de advocatuur suppletief Is de curator onderworpen aan een eigen deontologische regeling Is de briefwisseling van de curator vertrouwelijk Wat in verband met het beroepsgeheim Is de curator onafhankelijk Op deze en tal van andere vragen biedt Mr. Moeykens een antwoord.