Vademecum vennootschapsbelasting 2020

  • Beschikbaarheid Op voorraad
  • Gratis verzending

Beschrijving

Een dynamische benadering van de vennootschapsbelasting Het werk behandelt de vennootschapsfiscaliteit aan de hand van het schema van de resultatenrekening. Door deze benadering komt de verwevenheid van het inkomstenbelastingenrecht en de boekhoudkundige praktijk centraal te staan. Deze meer bedrijfseconomische aanpak leent zich er ook toe om verbanden te leggen met enerzijds, andere fiscale rechtstakken personenbelasting, BTW, registratierechten, gewestbelastingen en anderzijds, niet-fiscale rechtstakken vennootschapsrecht, arbeidsrecht, socialezekerheidsrecht.Een toegankelijk en uiterst volledig werkinstrument voor uw praktijkDeze benadering met het schema van de resultatenrekening als leidraad geeft de auteur de gelegenheid om zeer diep te graven in alle mogelijke hoofd- en nevenaspecten van de grondslag van de vennootschapsbelasting. Door deze rode draad blijft de materie ook overzichtelijk en vlot toegankelijk.Praktijkgericht Het werk bevat talrijke verwijzingen naar hoofdzakelijk recente rechtspraak en voorbeelden en cases die de materie verduidelijken. Jaarlijks verschijnt een nieuwe editie van het Vademecum Vennootschapsbelasting. Wie intekent op een abonnement op de jaarlijkse editie geniet een blijvende abonnementskorting van 15 op elke editie. Contacteer mailintersentia.beClaude Chevalier is praktijkassistent bij de Vakgroep Publiek- en belastingrecht van de Universiteit GentNieuwigheden voor deze editie 2020Om de belastbare basis te verbreden werd vanaf aanslagjaar 2019 in de vennootschapsbelasting een beperking ingevoerd op bepaalde aftrekposten. Die aftrekken worden voortaan elk jaar beperkt tot een bepaalde korf en om die beperking mogelijk te maken werden bepaalde bewerkingen verplaatst naar het einde van het bewerkingsschema. In de editie 2020 wordt rekening gehouden met de wetswijzigingen in het kader van de hervorming in de vennootschapsbelasting die toepasselijk zijn vanaf het aanslagjaar 2020. Hierbij springen meteen de groepsbijdrageregeling en de interestaftrekbeperking op basis van de EBITDA in het oog, maar ook andere aspecten zoals de invoering van CFC-wetgeving en de verwerping als beroepskost van sommige betalingen in het kader van hybridemismatches passeren de revue. De editie 2020 houdt ook rekening met de meest relevante ontwikkelingen in de rechtspraak. De hervorming van de vennootschapsbelasting welke gefaseerd in werking treedt bevat talrijke maatregelen die pas relevant zijn vanaf aanslagjaar 2021 zoals de verdere tariefdaling, het mobiliseren van vrijgestelde reserves , de verduidelijkingen omtrent de begrippen markrente en geldlening en de gewijzigde fiscale behandeling van auto- en brandstofkosten. Ook andere wijzigingen relevant vanaf het aanslagjaar 2021 ontsnappen niet aan de aandacht, zoals de opheffing van het degressief afschrijvingsstelsel en de uitbreiding van de prorateringsverplichting tot kmos. Ook de afschaffing van talrijke economische vrijstellingen en de kostenaftrek tot 120 , de niet-aftrekbaarheid van de aanslag geheime commissielonen en de beperkte aftrekbaarheid van het disconto op schulden voor de verwerving van niet-afschrijfbare of financile vaste activa komen op hun geigende plaats ter sprake. De strengere regels inzake de verrekening van verliezen geleden in vaste inrichtingen, de gewijzigde regels in het KBWIB 1992 i.v.m. de aftrekbewerkingen ontsnappen evenmin aan onze aandacht, net als de potentile uitbreiding van het bestaande tax shelter voor de filmindustrie naar ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van videospelen.