Wederzijdse rechtshulp in strafzaken in de europese unie

Description

Bewijselementen, getuigen of deskundigen bevinden zich niet zelden in het buitenland, en vaak is voor het verrichten van bepaalde onderzoekshandelingen de bijstand of toestemming van een andere staat vereist. In het bijzonder de bestrijding van de georganiseerde misdaad is in toenemende mate afhankelijk van de mogelijkheden om grensoverschrijdend onderzoeken te voeren. De wederzijdse rechtshulp in strafzaken neemt als zodanig een steeds belangrijker plaats in de dagelijkse rechtspraktijk in. In het boek ontleedt en becommentarieert Gert Vermeulen als eerste de nieuwe rechtsinstrumenten die ter zake sinds eind 1993 tussen de Lid-Staten van de Europese Unie EU zijn tot stand gekomen. Centraal in het werk staat de nieuwe EU-rechtshulpovereenkomst die de voorbije jaren tussen de Lid-Staten is onderhandeld, en die nu reeds kan worden beschouwd als het gemeenrecht voor de Europese strafrechtelijke samenwerking in de komende decennia. De mogelijkheden en beperkingen inzake wederzijdse rechtshulp in de toekomstige relaties tussen de Lid-Staten van de EU zijn zorgvuldig en systematisch in kaart gebracht. Aan bod komen de nieuwe EU-rechtsinstrumenten, evenals de bestaande en aankomende regelgeving inzake wederzijdse rechtshulp die bilateraal of in andere samenwerkingsverbanden Benelux, Schengen, Raad van Europa, G8, Verenigde Naties tot stand is gekomen of wordt onderhandeld. Als zodanig is dit boek een onontbeerlijk referentiewerk voor beleidsmakers, magistraten, advocaten en andere juridische beroepsbeoefenaars die geconfronteerd worden met de internationale misdaad of die inzicht willen verwerven in het functioneren van de wederzijdse rechtshulp in het Europa na het Verdrag van Amsterdam.